Nieuw onderzoek naar positieve seksualiteit in de gehandicaptenzorg

”Mensen met een verstandelijke beperking willen over seksualiteit praten, maar het is volgens hen nog vaak een taboe in de zorgorganisaties waar ze wonen’,” zegt Ymke Kelders, programmamanager Seksualiteit en Zorg bij Rutgers. Dit blijkt uit onderzoek van Rutgers (expertisecentrum seksualiteit), Disability Studies in Nederland, Kenniscentrum Zorginnovatie Hogeschool Rotterdam en Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland dat is uitgevoerd in opdracht van het ministerie van VWS.

Lesley Verbeek en Mark Koning van Disability Studies in Nederland hebben voor dit onderzoek een groot aantal mensen met een verstandelijke beperking gesproken. 

 

Persbericht in makkelijke taal over het rapport Veilige zorgrelaties in de gehandicaptensector 

Mensen met een verstandelijke beperking kunnen seks en intimiteit in hun woonlocatie vaak moeilijk bespreken 

Mensen met een beperking willen graag praten over seks en intimiteit. In hun woonlocaties lukt dat vaak niet. Als mensen al over seks praten, dan gaat het vooral over de vervelende kanten. De plezierige kanten van seks krijgen weinig aandacht. Er is veel informatie voor deze doelgroep, maar zowel begeleiders als bewoners kunnen die vaak niet vinden. 

Dit blijkt uit onderzoek in opdracht van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). De onderzoekers spraken met 19 mensen met een verstandelijke beperking. Ook hebben de onderzoekers gepraat met kleine groepen begeleiders en beleidsmakers die werken voor mensen met een verstandelijke beperking. 

Over het onderzoek
Centraal staat de vraag: ‘Hoe kun je seksualiteit bij mensen met een verstandelijke beperking positiever benaderen?’ De ervaringen van mensen met een verstandelijke beperking staan daarbij voorop. Het onderzoek is onder meer uitgevoerd door een onderzoeker die zelf een verstandelijke beperking heeft. 
 

Een paar belangrijke dingen die uit het onderzoek komen:
- Zorgmedewerkers willen mensen met een verstandelijke beperking vooral beschermen tegen risico’s van seks, zoals seksueel geweld, seksueel grensoverschrijdend gedrag of onbedoelde zwangerschap.

- De geïnterviewden met een verstandelijke beperking willen juist graag praten over seksualiteit en over hun behoefte aan intimiteit. Ze willen seksuele voorlichting, ook over de plezierige kanten van seks. 

- Begeleiders geven die voorlichting vaak niet. Ze vinden het moeilijk om over seks te praten. Ze wachten liever af tot mensen zelf met vragen bij hen komen. Sommige mensen stellen die vragen ook. Anderen raadplegen liever internet. Eén van hen zei: ‘Internet is mijn moeder.’ 

- Seksualiteit is geen vast onderdeel van de begeleiding. Op woonlocaties is er vaak ook weinig privacy. 

- Praten over kinderwensen is moeilijk. Begeleiders en familie gaan er vanuit dat mensen met een verstandelijke beperking geen goede ouders zijn. Alle mensen met een verstandelijke beperking zeggen in het onderzoek dat ze zelf willen bepalen of ze een kind willen krijgen. 

- Twee mensen vertelden dat ze gehoord hebben dat mannen gesteriliseerd zijn zonder dat ze dat ze dat wilden. De onderzoekers zeggen dat het ministerie van VWS hierover meer onderzoek moet gaan doen.  

Zelf keuzes maken
Mensen met een verstandelijke beperking moeten zelf keuzes kunnen maken over hun seksuele leven en hun relaties. Daarvoor moeten er veel dingen veranderen. Zoals:

- Begeleiders moeten meer leren over hoe ze kunnen praten over seksualiteit en intimiteit. Ook de scholen moeten les geven over seksualiteit en relaties. 
- De woonlocaties moeten nadenken over het geven voor informatie en ondersteuning. Ook moeten zij nadenken over privacy voor de bewoners. 

Het onderzoek is uitgevoerd door Rutgers (expertisecentrum seksualiteit), Disability Studies in Nederland en Kenniscentrum Zorginnovatie Hogeschool Rotterdam. 

In de bijlage hieronder vind je nog een samenvatting van het rapport 

Het volledige rapport vind je hier