Wat kun je niet? En wat kun je daardoor beter?

Ronald Ligtenberg
|

Een bekend gezegde in kringen van mensen met handicaps en beperkingen luidt: je moet niet kijken naar wat iemand niet kan, maar naar wat iemand wel kan. Inspirerend, dat zeker, maar we lopen ook het gevaar iets over het hoofd te zien. Ik wil u middels deze blog uitnodigen om eens kritisch te kijken naar deze slogan.

In de eerste plaats is er het gevaar van de ontkenning. Om krachtig om te gaan met een beperking is acceptatie van de realiteit cruciaal. Zonder er dramatisch over te doen, vaststellen dat er iets is dat iemand niet kan wat anderen wel kunnen. Dat wil niet zeggen dat er iets mis is met die persoon of dat er iets vervelends aan de hand is, het is slechts een constatering van de feiten. Iemand met slecht zicht, heeft slecht zicht. En dat heeft consequenties. Het is dan niet handig om blootvoets en onvoorbereid door een kamer te lopen die vol met scherven ligt. Dat maakt die persoon niet een minder mens, maar er is nou eenmaal iets wat in de gaten moet worden gehouden.

In de tweede plaats is het interessant om de beperking te omarmen. Er vol op te duiken, te onderzoeken en te analyseren. En jezelf vragen te stellen over die beperking: “Wat betekent het dat iemand iets niet kan? Wat gaat het menselijk lichaam doen op het moment dat er iets niet meer mogelijk is? Of wat doet een lichaam dat vanaf de geboorte anders is dan een ‘normaal’ lichaam?“

Grote kans dat het lichaam dan iets gaat compenseren. Zowel op fysiek niveau als op mentaal niveau. Een beperking staat zelden op zichzelf. Een beperking leidt vaak tot een verbetering op een ander vlak. En het talent dat zich daar ontwikkelt is goud waard!

Doven kunnen niet of nauwelijks horen en ontwikkelen daardoor vaak een fijngevoeligheid voor lichaamstaal. Als je je hele leven afhankelijk bent van de signalen die een menselijk lichaam uitzendt, word je uiterst bedreven in het interpreteren van lichaamsbeweging. Liegen tegen een doof persoon is mij nog nooit gelukt. Het valt me telkens weer op dat ze dwars door me heen kijken en alleen al in mijn ogen mijn hele ziel en zaligheid zien. Dit talent wordt nog maar spaarzaam gebruikt in onze samenleving.

In 2003 heb ik de stichting Possibilize opgericht. Een organisatie die denkt en handelt in mogelijkheden, in iedere situatie. Wij nemen de beperking als inspiratiebron om zo concepten te ontwikkelen die een meerwaarde vormen voor iedereen. Bij onze organisatie werken dove trainers. Zij geven trainingen aan managers van bedrijven, waarin zij de deelnemers bewustmaken van het belang van lichaamstaal in de dagelijkse communicatie. We zien regelmatig deelnemers met een open mond van verbazing. Niet alleen omdat ze ineens in de gaten krijgen hoe zij hun communicatie met een simpele aanpassing veel effectiever kunnen maken, maar ook omdat ze les krijgen van iemand die ze voorheen zagen als iemand die iets níet kon.

Gelukkig zijn wij niet de enigen die zo denken. Een mooi voorbeeld vind ik Specialisterren. In dit bedrijf wordt software getest door mensen met een vorm van autisme. Volgens oprichter Sjoerd van der Maaden doen zij dat 30% sneller en met een 30% hogere efficiency dan reguliere testers. Wat Sjoerd in zijn bedrijf anders doet, is dat hij zorgt voor werkomstandigheden waarin deze mensen met een vorm van autisme optimaal kunnen functioneren. Als iemand witte muren om zich heen wil, krijgt hij witte muren. Als hij een rij colaflessen voor zijn neus wil, krijgt hij colaflessen voor zijn neus. Kost wat meer, maar levert ook veel meer op, waardoor het uiteindelijk weer rendabel wordt.

Nog een sprekend voorbeeld is het geheel verduisterde restaurant C-taste met blinde bediening. Als ziend persoon gaat er een wereld voor je open als je gaat eten zonder te zien wat er in je mond verdwijnt. Deze boeiende ervaring vindt zijn oorsprong in de beperking van een blind persoon.

Waarom is dit nu relevant? Ons hele leven, ons hele educatieve systeem, de hele maatschappij is er op gericht om fouten te voorkomen en problemen te ontwijken. Onze hang naar het bekende of naar de veiligheid is zo ver doorgeslagen dat wij alles wat afwijkt van de norm het liefst geheel elimineren. Mensen die niet kunnen horen, geven we liever een Cochleair Implantaat dan dat wij kijken hoe zij op hun manier een meerwaarde kunnen zijn voor onze samenleving. We bedenken eerder een oplossing om mensen meer te vormen naar de mainstream dan dat we kijken naar hoe de afwijking van de norm een bijdrage kan opleveren.

Dit is geen betoog tégen Cochleair Implantaten. Maar wel een aanmoediging om te blijven denken en handelen in mogelijkheden, ook als dat niet zo logisch lijkt. Als je de beperking als inspiratiebron neemt om iets te ontwikkelen dat toffer, gaver, mooier, effectiever, slimmer of handiger is dan wat de reguliere samenleving te bieden heeft, doe je niet alleen jezelf een plezier, maar ontstaat er ook een veel menselijker beeld van de groep mensen die vanwege een beperking nu nog te vaak aan de zijlijn van de maatschappij staan.

 

Ronald Ligtenberg is directeur van Stichting Possibilize.